Beschrijving
Het 3e Concertino op.51 in d-klein is een stuk van de componist B.H Romberg. Rombergs vader speelde cello en gaf Bernard Romberg zijn eerste cello lessen. Toen Romberg een 7 jaar was speelde gaf hij al concerten. Als cellist heeft hij in verschillen de orkesten gespeeld. Bij een van die concerten ontmoette hij de jonge Beethoven (1790). Beethoven bewonderde Romberg als cellist en wilde voor hem een celloconcert schrijven. Maar Romberg wilde dat niet omdat hij de muziek van Beethoven moeilijk te begrijpen vond. en hij liever zijn eigen composities speelde.
Romberg heeft meegeholpen aan het verbeteren van de cello. Zo zorgde hij ervoor dat de toets langer werd en de toets onder de c-snaar werd afgevlakt. Hierdoor kan de snaar vrijer trillen. Ook heeft Romberg gezorgd dat de bladmuziek voor de cello in drie sleutels wordt opgeschreven. De bassleutel, c sleutel en de g sleutel. Hiervoor was het gewoon dat je zoveel sleutels mocht gebruiken als je nodig had. Boccherini gebruikte soms wel zes verschillende sleutels in een compositie.
In het 3e Concertino op.51 d klein van Bernard Romberg komt voor:
Alle drie de sleutels f-, c-, en g-sleutel
postitie spel in alle positie’s
duimpositie